Tuinbouw laat kansen liggen in het buitenland
‘Tuinbouw laat kansen liggen in buitenland’
20 januari 2010
De Nederlandse glastuinbouwketen van logistieke dienstverleners, toeleveranciers en veredeling laat kansen liggen in het buitenland. Daarvoor werkt Dutch Greenport international aan een model waarbij een consortium van bedrijven samen complexe projecten kan bouwen.
De komende jaren zal de vraag naar Nederlandse kennis en techniek toenemen, maar bedrijven zijn afzonderlijk waarschijnlijk niet in staat complexe, grote projecten in te vullen, zegt Harm Maters, voorzitter van Dutch Greenport International. Net als in de baggerwereld met Netherlands Water Partnership, is in Nederland mogelijk behoefte aan gezamenlijk optreden in het buitenland.
In het meest optimale scenario kunnen de Nederlandse partijen in samenwerking met kennisinstellingen een model samenstellen voor de inrichting van Greenport-activiteiten in het buitenland. “Nederland is sterk in veredeling, technologie, logistiek, maar in het werken in consortia zijn we minder geoefend.”
De partijen in Greenports verwachten dat opkomende economieën zullen werken aan creatie van hoogwaardige voedselproductie. Voor het inrichten van vaak grote tuinbouwprojecten zullen ze vaker bij Nederland aankloppen. “Je zult bijvoorbeeld zien dat het Midden-
Oosten complete nieuwe steden bouwt en dat daarvoor dichtbij voedselproductie wordt gecreëerd. “
Voor de Nederlandse toeleveranciers kan zo’n model de positie op de internationale markt verstevigen. “We verwachten dat de groei van deze bedrijven vooral in het buitenland zal liggen, zonder dat we de dynamiek op de eigen markt uit het oog verliezen.” Ook de teelt kan in buitenlandse projecten instappen.
Om de haalbaarheid van zo’n model te onderzoeken, brengt consultantiebureau Berenschot nu het aantal buitenlandse projecten in kaart en peilt het de behoefte van bedrijven om samen op te trekken.
Bron: Agrarisch Dagblad